Pikorde

Wasiu Karimu zit in de stadsbus van Lagos. Als de vrouw naast hem opstaat, stoot ze Wasiu aan, waarop hij meteen een vreemd leeg gevoel van binnen krijgt. Wasiu controleert zijn broek, en ja hoor: zijn penis wordt kleiner en kleiner en staat welbeschouwd op het punt van verdwijnen. ‘Die vrouw steelt mijn penis!’, schreeuwt Wasiu. Zodra de vrouw de dreigende blikken van de andere passagiers ziet, geeft ze Wasiu vlug zijn penis terug.

In zijn essay in Harper’s Magazine probeert Frank Bures dieper door te dringen in het fenomeen van de Nigeriaanse penisdieven. Ergens halverwege de jaren zeventig rapporteerden Nigerianen voor het eerst massaal hoe hun penis plotsklaps verschrompelde in hun broek. De epidemie luwde, maar leefde weer op in de jaren negentig toen je in de straten van Lagos schichtige mannen kon waarnemen die hun handen beschermend voor hun kruis hielden. Die voorzorgsmaatregel hielp niet altijd. Soms ging een dief er toch met de penis vandoor, waarop een woedende horde de achtervolging inzette. Tientallen vermeende penisdieven zijn zo gelyncht.

Met #MeToo hebben wij onze eigen epidemie die al een tijdje door het land raast. Net als in Nigeria valt vooral de enorme anxiety op, de angstige nervositeit die zomaar kan omslaan in agressie. Nu in onze contreien eindelijk lijkt door te dringen hoe structureel seksuele intimidatie is, blijkt het hek van de dam; geen man is meer veilig voor aantijgingen van vermeend misbruik van soms decennia her. Wat Wilma de Rek afgelopen week in een mooi opiniestuk deed verzuchten: ‘Je mag het natuurlijk niet zeggen maar zijn de daders in deze #MeToo-dagen niet ook slachtoffers? Niet zozeer omdat hun naam voor eeuwig besmeurd is, maar wel omdat ze net zozeer als de slachtoffers het product zijn van hun tijd en hun omgeving?’

Verbijsterde westerse psychiaters deden de Nigeriaanse penisdiefstallen af als ‘etnische hysterie’ of ‘exotische psychose’, maar dat vindt Bures te gemakkelijk, te denigrerend. Hij ziet het fenomeen als product van de West-Afrikaanse cultuur; deze epidemie komt volgens hem voort uit het sociale weefsel van die specifieke samenleving. ‘Elke cultuur kent zijn eigen logica, zijn eigen aannames, zijn eigen stress’, merkt hij op. Wat mij tot de volgende vraag brengt: wat zou een – zeg – Tibetaanse psychiater waarnemen die zich over het #MeToo debat boog? Vermoedelijk precies wat wij menen te ontwaren in Nigeria: anxiety. En een grote onzekerheid omtrent de status van de penis.

Het is een soort kosmische wet: waar het recht geen beloop krijgt, gaat de horde razen. In het geval van seksuele intimidatie kan het recht moeilijk orde op zaken stellen, omdat onwelkome seksuele avances gewoonlijk in de privésfeer plaatsvinden – zonder pottenkijkers erbij dus. Om goede redenen verlangt ons recht naar getuigen die een aanklacht kunnen bevestigen. Maar die eis heeft eeuwenlang, en structureel, in het nadeel gewerkt van vrouwen en jongens die ervoeren dat de officiële hoeder van de privésfeer, de patriarch, vaak ook je belager is. Ze kregen seks opgedrongen en konden geen kant uit, want ze hadden de macht niet en het recht gaf niet thuis.

Nu overschrijden mensen de heilige grens: ze maken wat ‘privé’ en ‘intiem’ was tot onderwerp van publiek gesprek. En dat gaat met een zeker geweld gepaard, want alleen zo is de bestaande orde te doorbreken. Het recht kan maar weinig verzachting brengen, slecht ingericht op dit soort kwesties als het is. Inmiddels lijkt de machtsbalans omgeslagen: de voorheen machtigen zijn op dit moment kwetsbaar en kunnen zich nauwelijks verweren. Sommige mannen worden nu ongetwijfeld disproportioneel hard en meedogenloos aangepakt – symbolisch gelyncht, zeg maar. Dat is akelig, dat is volstrekt ongemakkelijk. Dat is anxiety. Maar ik wil niet terug naar de oude orde.

Mannelijke geilheid heeft geen status aparte meer. Het is gewoon één factor te midden van vele andere – een factor die niet speciaal afgekat hoeft te worden, maar die op zichzelf ook nergens een excuus voor is. Mannelijke geilheid is prima, maar geeft geen recht op privileges. En het is aan de mannen van nu om daar mee te dealen. Een tip voor de in dit opzicht reddeloze Thierry Baudet: ga in de bus nooit naast een vrouw zitten. Voor je het weet is er niets van je over.